Bank
overschrijving
Scheurvorming door zwelling
Bouwmaterialen kunnen opzwellen door o.a. vochtopname. Denk aan hout of gips. Door het vocht zal opzwellen onvermijdelijk zijn en kan eventueel ook schade veroorzaken. Maar vorst kan er ook voor zorgen dat materialen opzwellen. Dit geldt ook voor een chemische reactie zoals roest of zouten.
U kunt hout niet verbieden om vocht op te nemen. Als bijvoorbeeld een parketvloer te veel water/vocht krijgt en de uitzetvoeg is te strak geplaatst tegen de muur, kan de vloer geen kant meer op en komt de vloer zo goed als zeker omhoog.
Een massieve houten plank werkt als een soort bimetaal. Bimetaal houdt in dat er twee verschillende metalen strippen met verschillende uitzettingscoëfficienten op elkaar zijn gewalst waardoor de strip bij temperatuursverandering zal gaan buigen. Terug naar de houten plank. De zijde van de plank waar het meeste vocht wordt opgenomen, zal daar gaan zwellen waardoor de plank aan die zijde breder wordt. De plank gaat hierdoor aan de natte zijde schotelen.
Als een houtskelet/houtskelet CLT door lekkages vocht opneemt zal de houtconstructie gaan opzwellen. Ditzelfde geldt voor gipspleister. Als gipspleister door een lekkage vocht opneemt, gaat het gips opzwellen. Gipspleister kan enorm gaan uitzetten. Dit kan 1.5 maal de breedte in volume gaan opzwellen en kan dus behoorlijk wat schade veroorzaken. Een 8 cm dikke gipspleister kan een nieuwe keuken 10 cm horizontaal opzij drukken. Dit kan ook in een badkamer gebeuren. Een natte gipspleister kan in een douche de tegels van de muur drukken. Maar tegels kunnen hierdoor ook barsten. Daarom is gipspleister niet aan te raden in een badkamer. Er mag in ieder geval geen gips zitten op de muren achter de tegels.
Door vorst kan het buiten aanwezige water in bouwmaterialen 10% gaan uitzetten in alle richtingen en dit kan schade veroorzaken:
Het dauwpunt is de temperatuur waarbij de waterdamp in de lucht maximaal is. Je spreekt dan van 100% relatieve luchtvochtigheid. Als de temperatuur daalt, zal de waterdamp condenseren. Dit gebeurt in de lucht (dauw, mist) maar ook als condens belandt op een kouder oppervlak zoals een raam of vloer. Dit natuurkundig proces gaat het hele jaar door en kan tot problemen leiden.
Een buitenpleister kan door vorst gaan opzwellen en schade oplopen. Dit kan komen door inwendige condensatie. Inwendige condensatie treedt op als waterdamp in een constructie condenseert zoals in muren of vloeren. Het dauwpunt ligt dan in de muur. Deze condensatie ontstaat doordat de dampdruk binnen hoger ligt dan buiten. De waterdamp gaat dan door poreuze materialen heen. Er kunnen barsten ontstaan waardoor er nog meer vocht/regenwater zal indringen. Iedere keer bij vorst zal de schade telkens groter worden.
Vorst kan ook schade veroorzaken in een natuurstenen plint. Dit komt door inwendige condensatie van een niet verluchte kruipruimte. Ook hier geldt dat er barsten kunnen ontstaan waardoor er nog meer regenwater kan indringen. Vorstschade kan ook ontstaan bij een lekkende regenwaterafvoer.
Als laatste kunnen bouwmaterialen ook gaan zwellen door een chemische reactie, oxidatie of roestvorming. Bij roestvorming van metalen kunnen deze het 10-voudige in volume opzwellen. Ook een muurwapening kan enorm gaan roesten en het buitenspouwblad instabiel maken.
Roest ontstaat bij het overschrijden van de oplosbaarheidslimiet van de ijzerionen in water. Roest is geen corrosie maar is het gevolg van corrosie. Corrosie betekent aantasting van metalen. Chloriden kunnen in het beton indringen bijvoorbeeld bij betonconstructies in een leefomgeving van de zee of bij de toepassing van dooizouten.
Door zouten kunnen bouwmaterialen ook opzwellen. Water is een goed oplosmiddel en zal alles wat oplosbaar is meevoeren. Op de plaatsen waar het vocht verdampt zullen zouten achterblijven. De meegevoerde zouten kunnen het 10-voudige in volume uitzetten vlak onder het oppervlak en kunnen dus ook behoorlijk wat schade veroorzaken.